De ochtend mocht dan beginnen met een heerlijke zuiverheid, deze middag ruimt het plaats voor rottigheid van de smerigste soort. De zoon van de marginale buren is op bezoek, tesamen met zijn hond. Voor wie zich bij "marginale buren" niets kan voorstellen... denk "Walen wonend op een vuilnisbelt". Als schoonheid ligt in het omhelzen van het leven, dan weten deze creaturen zich te vermaken in het compleet tegenovergestelde. De evolutietheorie is hen blijkbaar ontgaan, enige ontwikkeling is hen vreemd. Als zwijnen kruipend door hun modderpoel, zonder een greintje respect voor zichzelf, laat staan hun huisdieren. Zo piept de graatmagere viervoeter al de hele noen om een hapje eten en een likje water. Dat laatste vindt hij tenslotte, aan het einde van zijn metertje touw, op het deksel van een olievat... Mijn ziel huilt.