Omdat ik sinds kort lesgeef, moet ik naar het lokale gemeentehuis om een attest "gezinssamenstelling". Eén van de vele administratieve noodzakelijkheden om een contract met de overheid af te sluiten.
Soms zegt een woord in een andere taal véél meer dan de Nederlandse variant. Zo lees ik op het document dat me vriendelijk wordt overhandigd dat ik "isolée" ben. Alleenstaand, daar kon ik nog wel mee leven. Maar isolée klinkt zo triest, zo afgesloten. En tegelijkertijd voel ik dat het klopt: de geïsoleerde mens, op de berg, waar het verzicht is gekrompen omdat nevels vandaag zin hebben te blijven hangen. Teruggeworpen op de basis. Ik weiger toe te geven aan het sentiment, maar er iets mee te dóén, met die basics. Broodje bakken dan maar. Het kneedwerk, het huis gevuld met de winterse aroma's, het sneetje met smeuïge boter en peper en zout. Het is juist het isolement dat die dingen tot hun recht laat komen, doet waarderen. Simpel, op zich. Oui, je suis isolée, et alors ?