Hij is zonder twijfel de lelijkste van 't dorp: Monsieur Monstrueux, de haan van de buren. Zó lelijk dat ik 't niet kan laten om tussen de struiken te duiken en 'm te vatten op de gevoelige plaat.
En terwijl ik me een weg baan door de wildernis van beuk en hazelaar ontdek ik een prachtstaaltje architectuur: een verlaten vogelnest.
Het lelijke kan niet zonder 't schone. En zo weet ik Monsieur Monstrueux toch te appreciëren.